Na de gesmaakte screening van die andere Carpenter film heb ik de avond erop het derde deel van z'n "Apocalypse Trilogy" (samen met The Thing en Prince Of Darkness omwille van het niet-zo-happy end) nog eens bekeken. Ook op VHS (lang leve m'n 18 jaar oude viderecorder die het nog steeds voortreffelijk doet)! En blij dat ik indertijd een hoop van die cult classics heb opgenomen want sommige films zijn bijna onmogelijk te vinden op DVD vandaag de dag.
John Carpenter's In The Mouth Of Madness (officiële titel) heeft de tand des tijds iets minder goed doorstaan dan John Carpenter's Prince Of Darkness. Het ritme ligt iets sneller, maar het lijkt of de personages zich van horrorscène naar horrorscène bewegen met daartussen saaie stukken gemonteerd, als een spookhuis op de kermis. Ook sommige van de effecten zijn echt wel gedateerd.
Het verhaal zit dan weer wél goed en is een hommage aan H.P. Lovecraft (Carpenter is fan, de titel is een duidelijke verwijzing naar At The Mountains Of Madness) en tegelijk kritiek op Stephen King (die tevens in de film langs de neus weg vermeld wordt).
In het kort: John Trent (Sam Neil) wordt ingehuurd om verdwenen horrorauteur Sutter Cane (Jürgen Prochnow) op te sporen. Geholpen door een vrouwelijke collega arriveert hij in het verontrustende Hobb's End (dat normaal alleen in Cane's boeken bestaat, zoals Dunwich of Arkham bij Lovecraft en Derry bij King) en komt terecht in een surrealistische nachtmerrie die op het einde de vierde muur zelfs doorbreekt.
De sterkte van de film is de manier waarop Carpenter de realiteit in vraag stelt, in het bijzonder die van boek en film en de invloed ervan op het publiek (hetgeen hij jaren later overdeed in de reeks Masters of Horror met het gewéldige Cigarette Burns). Niet toevallig vertoont Sutter Cane gelijkenissen met die "andere" beroemde horrorschrijver (King) en worden de lezers krankzinnig na het lezen van de boeken (King heeft ook af te rekenen gehad met geschifte fans en zelfs stalkers). Maar de gelijkenis met King is er eerder qua stijl (de kaften vd boeken, de terugkerende fictieve locaties én plots), inhoudelijk is het duidelijk Lovecraft die de grootste invloed heeft gehad (King heeft zelf ook het één en ander geleend van de "Meester").
Ik had hem al eens eerder gezien en dan valt een deel van het verrassingseffect weg, waar de film toch voor een groot deel op steunt. De impact was de eerste keer een stuk groter.
Maar niettemin: aanrader (zeker voor wie hem nog nooit gezien heeft).
Trivia: de scheve kerk in de film (met de gouden ajuinen) bestaat écht en staat (hoe kan het anders) ergens in Amerika, meerbepaald The Cathedral Of The Transfiguration in Markham. De naam alléén al en dan zwijg ik nog over de abnormale historie!
Markham is trouwens één letter verschil met Arkham, (fictieve) locatie van veel van Lovecraft's verhalen...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten